dinsdag 25 november 2014

Israëlische regering stemt in met wetsvoorstel voor antidemocratische joods-nationale staat

Het Mossawa Centre, dat we tijdens onze studiereis door Palestina en Israël bezochten, stuurde ons vandaag onderstaand persbericht:


Israëlische regering stemt in met wetsvoorstel voor
antidemocratische joods-nationale staat

Haifa, 25 november 2014 – Op zondag 23 november keurde de Israëlische regering een antidemocratisch wetsvoorstel goed dat het joodse karakter van de staat zou vastleggen en Israëlisch staatsburgerschap van de niet-joodse ingezetenen elke daadwerkelijke betekenis zou ontnemen, de Arabische burgers van Israël terugbrengen tot tweederangsburgers. Het wetsvoorstel beoogt tevens het schrappen van het Arabisch als officiële taal in Israël. Het is onwaarschijnlijk dat het wetsvoorstel in zijn huidige vorm door de Knesset zal worden aangenomen, maar het is een vingeroefening voor de versie die premier Netanyahy de komende week daadwerkelijk zal voorstellen.
Sinds haar oprichting in 1948 heeft Israël zich altijd als joodse en democratische staat gedefinieerd, zoals ook wordt vermeld in de onafhankelijkheidsverklaring van 1948. Deze karakterisering is ook vastgelegd in de Israëlische wetgeving, in het bijzonder in de grondwettelijke basiswetten van Israël, en ze is bevestigd door de Israëlische gerechtshoven. De definiëring van de staat als “joods” heeft reeds tot juridische ongelijkheid en discriminatie van Arabische burgers geleid, in het bijzonder waar het gaat over land, immigratie en taal.

Kibboetsiem, bijvoorbeeld, kunnen als joodse collectieven in Israël rekenen op steun en landtoewijzingen door de Israëlische regering, terwijl Arabische dorpen zichzelf sinds de oprichting van de staat Israël niet hebben kunnen uitbreiden. Ook de immigratie-wetgeving geeft elke joodse burger uit welk land dan ook uitzicht op het Israëlisch staatsburgerschap en geeft joodse immigranten een financiële bonus, terwijl de Palestijnse partner van een Arabische burger in Israël geen uitzicht heeft op het Israëlisch staatsburgerschap of om zich binnen Israël te vestigen als zij van de Westelijke Jordaanoever, de Gazastrook of “een vijandig land” afkomstig zijn. Arabisch, tenslotte, is één van de twee officiële talen van Israël, maar in de praktijk is het slechts een tweederangstaal. De zittingen in de Knesset zijn in het Hebreeuws en er zijn geen Arabische vertalingen beschikbaar.

Het wetsvoorstel dat premier Netanyahu voornemens is in te dienen, beoogt een grondwettelijke vastlegging van de identiteit van de staat Israël als de nationale staat van het joodse volk. De wet legt de definitie van Israël als “joodse staat” als volgt uit “de staat Israël is het national tehuis voor het joodse volk waar zij hun streven naar zelfbeschikking kunnen invullen in overeenstemming met hun culturele erfenis en geschiedenis”. Het bepaalt ook dat “het recht om de nationale zelfsbeschikking in de staat Israël te realiseren is exclusief voorbehouden aan het joodse volk.” Indien aangenomen, zou deze wet een eenduidige juridische basis kunnen vormen om de reeds bestaande wetten en praktijken tegen de Arabische burgers en tegen nieuwkomers te rechtvaardigen op grond van hun niet-jood-zijn.

Knesset-leden en ministers Tzipi Livni en Yair Lapid hebben verklaard dat zij en hun partijen de wet in deze voorgelegde vorm niet zullen steunen, maar het is zeer waarschijnlijk dat zij de nog komende versie van Netanyahu zullen steunen ook als is het word “gelijkheid” volstrekt afwezig en zullen garanties voor een gelijke behandeling van alle burgers dus niet aangetroffen worden in deze wet. Verschillende Knesset-leden van joodse en Arabische partijen hebben zich al tegen dit wetsvoorstel uitgesproken. Zelfs Yehuda Weinstein, de openbaar aanklager van Israel heeft zich tegen enkele aspecten van het wetsvoorstel verzet omdat deze een bedreiging zou vormen voor het “democratisch karakter van de staat.”

Jafar Farah, directeur van het Mossawa Centre, verklaarde: “De natie-staat-wet vormt een bewijs dat dit kabinet zo in verwarring verkeert dat het zelfs niet kan besluiten wie een jood is. Het wetsvoorstel wordt toegevoegd aan de basale wetten die Israël reeds definiëren als joods en tientallen gewone wetten die uitgebreide rechten toekennen aan joden in Israël en over de hele wereld, maar één vijfde van de Israëlische bevolking negeren. Deze wet beoogt de spanningen tussen joden en Arabieren verder op te laten lopen. Het brengt de kosten van levensonderhoud niet omlaag, verlaagt de huren niet en leidt ook niet tot economisch groei.”

Het Mossawa Cente veroordeelt het discriminerende en racistische karakter van deze wet en roept op tot een gezamenlijk joods-Arabische verzet tegen deze wet en voor een wetgeving die de positie van de Arabische minderheid in Israël regelt. Het voorliggende wetsvoorstel is er enkel één in een hele reeks die de discriminatie van niet-joodse burgers van Israël tot doel heeft en waarvan voorkomen moet worden dat ze uiteindelijk als wet in werking zullen treden en aldoende de juridische status van de Arabische burgers in Israël nog verder zullen inperken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten